Afscheid nemen van een gast is nooit hetzelfde. Vaak blijven de details je bij. Zoals in dit verhaal, waarin een vrijwilliger ’s nachts waakt bij een man. Samen eten ze een laatste stukje haring. “Het is iets delen van wat heel privé is, terwijl ik toch een buitenstaander ben.”
Lees verder
De laatste levensfase kan eenzaam aanvoelen. Het is een belangrijke reden waarom mensen vrijwilligerszorg aanvragen. Meestal ontstaat een betekenisvolle relatie tussen een cliënt en de vrijwilliger. “Alsof we al twintig jaar vriendinnen zijn.”
Lees verder
Wat heb je meegemaakt? Welke levenswijsheid draag je met je mee? Tijdens ontmoetingen aan het sterfbed gebeuren mooie dingen. In deze nacht luistert de vrijwilliger aandachtig naar het verhaal van de cliënt. “Ik dacht: als ik zo kan sterven...”
Lees verder
Soms valt de eerste ontmoeting tussen vrijwilliger en cliënt in het water. In dit verhaal ligt de cliënt te slapen. Bij het ontwaken schrikt hij van de onbekende persoon in de kamer. “Hij valt gelijk weer terug in bed en doet een deken over hem heen.”
Lees verder
Je vindt elkaar aardig en er zijn over en weer warme gevoelens. Toch weet je: de tijd samen is heel kort… In het hospice kunnen bijzondere relaties ontstaan tussen cliënt en vrijwilliger. Hoe ver laat je dat komen? Hoe houd je als vrijwilliger afstand?
Lees verder
Hoe gezellig maak je het ’s nachts? Waar trek je als vrijwilliger de grens? Want nachtrust is belangrijk. Ook in die laatste weken. In dit verhaal wil de cliënt steeds opblijven. Want het is zo gezellig. “Zij wilde gauw een kopje thee hebben en een beschuitje met aardbeien.”
Lees verder
Een cliënt die op sterven ligt, is meer dan alleen een cliënt. Zij is ook een mens, een moeder. Iemand met wie vrijwilligers een goed gesprek voeren of een glaasje wijn mee drinken. “Je bent natuurlijk niet alleen maar een doodgaand persoon als je hier bent.”
Lees verder
Waar ligt de grens? Hoe reageer je op ongemakkelijke wensen van cliënten? De vrijwilliger in dit verhaal krijgt van een mannelijke cliënt het verzoek om een nachtkus. Zij reageert heel fel. Misschien iets te bits. “De volgende keer moet ik er eigenlijk gewoon een grapje van maken.”
Lees verder
Je bent als vrijwilliger bij iemand thuis aan het werk en opeens praten familieleden over euthanasie. Een heel persoonlijk gesprek. Deze vrijwilliger weet niet goed wat ze moet doen. Misschien naar huis gaan? Ze denkt: “Hier hoor ik niet tussen te zitten, eigenlijk.”
Lees verder
Die laatste momenten van het leven kunnen nogal uiteenlopen. Soms is het een strijd, een andere keer verloopt het juist heel vredig. Deze vrijwilligster koestert een bijzondere ervaring. Ze staat samen met familie van de cliënt bij het bed: “Hoe zij weggleed was zo mooi, heel natuurlijk.”
Lees verder