Relaties kunnen behoorlijk verschillen. Een vrijwilliger die ergens in huis komt, moet zich steeds aanpassen. Zoals in dit verhaal, waarin de cliënt ogenschijnlijk goed naar zijn vrouw luistert. Maar als zij op pad is, wil hij al het bed uit. “Zijn vrouw stond wel op haar strepen.”
Lees verder
Het is heel herkenbaar voor vrijwilligers in de palliatieve thuiszorg. Het gevoel dat je niet echt iets kunt betekenen. Deze vrijwilliger komt bij een vrouw die geen familie om zich heen heeft. Een verdrietige setting. “Ik liet haar zo eenzaam achter.”
Lees verder
Je bent als vrijwilliger bij iemand thuis aan het werk en opeens praten familieleden over euthanasie. Een heel persoonlijk gesprek. Deze vrijwilliger weet niet goed wat ze moet doen. Misschien naar huis gaan? Ze denkt: “Hier hoor ik niet tussen te zitten, eigenlijk.”
Lees verder
Een sterfbed maakt niet bij iedereen dezelfde gevoelens los. Familie kan heel verschillend reageren. Deze vrijwilliger heeft soms moeite om haar oordeel voor zich te houden. “Je wilt dan eigenlijk die mensen wakker schudden en zeggen: Dit is definitief. Dit komt niet meer terug.”
Lees verder
Stel, je bent vrijwilliger en ineens vertelt de gast je een geheim. Een groot familiegeheim. Wat doe je dan? Het overkomt deze vrijwilliger. “Ja, dat zijn momenten waarop je even moet slikken. Er worden je toch wel dingen toevertrouwd.”
Lees verder
De ene familie is de andere niet. Dat merk je ook aan de rand van een sterfbed. Een vrijwilliger vertelt hoe een man er al vrij snel genoeg van had. Hij zei over de behandeling van zijn vrouw: “Het moet niet te lang duren. Ik heb er genoeg van.”
Lees verder
In iedere familie is wel wat, maar sommige verhoudingen liggen extra gevoelig. Dat maakt het voor vrijwilligers in het hospice gecompliceerd. Zoals hier. Een vader is stervende en spreekt vol trots over zijn zoon, maar zijn dochter komt er bekaaid vanaf.
Lees verder